Daniel March (1816–1909)
Dit lied is in het jaar 1868 gedicht door Daniel March, predikant van congregationalistische en presbyteriaanse gemeenten in Amerika.
Hij had zeer veel belangstelling voor zendingswerk en gaf lezingen over de door hem gemaakte wereldreizen,
Maar in dit lied benadrukt hij juist dat ‘zending’ zo dichtbij kan beginnen als voor en naast je deur.
De Nederlandse berijmde vertaling van de bekeerde Jood Meier Salomon Bromet heeft als beginregels:
Hoor de stem van Jezus roepen / ‘Wie wil Mij zijn diensten biên?’
Hark, the voice of Jesus calling
1. Hark, the voice of Jesus calling,
“Who will go and work today?”
Fields are ripe and harvests waiting,
Who will bear the sheaves away?
Long and loud the Master calls us,
Rich reward He offers free;
Who will answer, gladly saying,
“Here am I, send me, send me?”
2. If you cannot cross the ocean,
And the distant lands explore,
You can find the lost around you,
You can help them at your door;
If you cannot give your thousands,
You can give the widow’s mite;
What you truly give for Jesus,
Will be precious in His sight.
3. If you cannot speak like angels,
If you cannot preach like Paul,
You can tell the love of Jesus,
You can say He died for all.
If you cannot rouse the wicked,
With the judgment’s dread alarms,
You can lead the little children
To the Saviour’s waiting arms.
4. If you cannot be the watchman,
Standing high on Zion’s wall,
Pointing out the path to Heaven,
Offering life and peace to all,
With your prayers and with your bounties
You can do what Heaven demands;
You can be like faithful Aaron,
Holding up the prophet’s hands.
5. If among the older people,
You may not be apt to teach,
“Feed My lambs,” said Christ, our shepherd,
Place the food within their reach.
And it may be that the children
You have led with trembling hand,
Will be found among your jewels,
When you reach the better land.
6. Let none hear you idly saying,
“There is nothing I can do,”
While the lost of earth are dying,
And the Master calls for you;
Take the task He gives you gladly;
Let His work your pleasure be;
Answer quickly when He calls you,
“Here am I, send me, send me.”
Hoor de stem van Jezus roepen
1. Hoor de stem van Jezus roepen:
‘Wie wil in Mijn Wijngaard gaan?’
Witte velden, d’ oogst is wachtend;
wie wil schoven dragen gaan?
Luid en helder roept de Meester
en Zijn bijstand biedt Hij aan.
Wie geeft antwoord, vreugdevol zeggend:
‘Heer’, hier ben ik, laat mij gaan?’
2. Kun je niet de zeeën trotseren,
dat je naar de heidenen gaat?
Ach, je kunt de heiden al vinden
en hem helpen in je straat.
Kun je echt geen duizenden geven?
Weet, een penning is soms meer!
En het minste heeft veel waarde,
als ’t gedaan is voor de Heer’.
3. Kun je niet zo spreken als eng’len
of als Paulus prediken gaan?
Spreek dan maar eenvoudig van Jezus,
Die in onze plaats wou staan.
Kun je grove zondaars niet wekken,
met het oordeel en het recht?
Leid dan maar de kleine kind’ren
naar de Heiland; Hij wacht hen echt!
4. Ben je niet zo’n dappere wachter,
die op Sions muren staat?
En de weg wijst naar de hemel,
waarschuwend van vroeg tot laat?
Met je smeking en je gebeden
kun je doen wat God van je vraagt.
Kun je zijn zo’n trouwe Aäron,
die profetenhanden schraagt.
5. Zeg toch nooit die ijdele woorden:
‘Er is niets voor mij te doen.’
Mensenzielen gaan verloren,
en de Meester roept je toe.
Neem Zijn taak met blijdschap op je,
laat Zijn werk je vreugde zijn.
En zodra Hij roept, geef dan antwoord:
‘Hier ben ik, o Heer’, zend mij!’